Ik was enkele weken onderweg voor een reis van zeven maanden. Ik zal zeker niet ontkennen dat ik met een heerlijk vakantiegevoel daaraan ben begonnen. De reis op zich was al een wens vanaf mijn twintiger jaren. Ik kan je zeggen dat deze wens de laatste jaren behoorlijk begon te broeien.
En natuurlijk hebben wij allemaal onze wensen, waar de realiteit ook om de hoek komt kijken.
Het blijven wensen, erin blijven geloven is in feite al manifesteren.
Het maken van affirmaties en manifesteren van dingen gaat mij steeds beter af. De definitie van ergens in geloven, oftewel de kracht van de overtuigingen, werd alsmaar voelbaarder met al zijn uitwerkingen. Maar ik wilde meer. Meer in de zin van, wie ben ik, waarom reageer ik zoals ik reageer? Mijn passie is een deel van het groter geheel kunnen zijn, om zo een bijdrage te kunnen leveren aan een bewustwording die moeder aarde nodig heeft. Zo ontstond er een innerlijk gevoel van spreken, schrijven, kennis overdragen aan mensen, groepen, ouders, kinderen, scholen en instanties. Nogmaals, ik ben echt niet de goeroe die het allemaal weet hoor, en laat staan dat ik het wiel wil gaan uitvinden. Maar datgene wat ik weet, wil ik graag delen. Jouw verhaal is ook mijn verhaal.
Ik wil je toch even meenemen in mijn voorgeschiedenis.
Ik ben vanaf 1995 zo nieuwgierig geworden. Toen ben ik gaan geloven dat er meer is tussen hemel en aarde. Dat kwam door een gebeurtenis thuis.
Het was een waarneming op tweede kerstdag rond 6:15 uur in de ochtend. Mijn oudste dochter kwam de slaapkamer binnen en ging bij ons op bed liggen. Opeens werd de gehele slaapkamer verlicht, dit licht kan je vergelijken met iemand die aan het lassen is met metaal, zo’n fel licht was dat. Dit hele gebeuren duurde zo’n acht seconden terwijl het buiten ijzig koud en mistig was. Dit hele gebeuren had zo’n impact op mij die ik tot de dag van vandaag niet kan uitleggen. Ik reisde stad en land af naar paranormale beurzen, en ontmoette veel mensen die een bepaalde gave hadden. Dat ging van een kaartenlegger tot iemand die heel goed was in het magnetiseren.
Zo gingen er zo’n vijf à zes jaar voorbij en ik merkte dat er innerlijk wat gebeurde dat ik moeilijk kon verwoorden. Het contrast tussen de innerlijke waarnemingen en de buitenwereld werd alsmaar groter. Het leek erop dat ik de wereld om me heen niet begreep, en zeer waarschijnlijk de wereld om me heen mij niet meer kon begrijpen. Mijn toenmalige vrouw en biologische moeder van mijn twee dochters steunde mij in deze zoektocht, oftewel ontdekkingsreis. Wat heet toeval, waar ik vanaf 2001 aan een vierjarige opleiding ben begonnen in Utrecht tot Hypnotherapeut, in combinatie met werken en twee jonge, opgroeiende kinderen.
Ik wil langzaam naar de essentie van dit verhaal.
Ik maak vaak de vergelijking dat ik een persoon of situatie binnen drie seconden kan waarnemen en heel goed kan omschrijven. Als ik nog verder terugkijk en ervaar, kan ik nu wel aangeven waarom ik het in mijn jeugd zo moeilijk had, toen kon ik namelijk al die indrukken en sensaties niet verwerken.
Ik heb zo’n 20 à 25 jaar alles wat ik waarnam niet kunnen delen. Het leek vaak op voorspellingen, waar ik nu verder niet op wil in gaan. Ik kon niet eens een hulpvraag verzinnen, en laat staan bedenken waar ik toen moest aankloppen met deze vraag. Het ging allemaal ten koste van mijn concentratie, ten koste van mijn sociale contacten. Ik was er wel, maar ook weer niet. Eén ding wat ik toen wel wist, was hoe ik mijn dag door moest komen. Ik zat in zo’n modus van bewust blijven leven, wat mij heel veel energie kostte. Mijn lichaam was zo vaak moe van het bewust leven, dat ik, in welke situatie dan ook, zo in slaap kon vallen. Later heeft een huisarts mij verteld dat het ME is. Het stelde me enigszins gerust dat ik met dat labeltje iets kon uitleggen. Voor mij werd alsmaar duidelijker dat ik met hoog gevoeligheid te maken had, en ik heel veel prikkels moest verwerken.
Nu vertelt mijn ervaring dat de diagnose ME een gevolg is van mijn hooggevoeligheid en mijn manier van informatieverwerking. Nu kan ik wel over een opluchting praten.
Er was maar één manier om die prikkelverwerking te stoppen, en dat was slapen. Tot de dag van vandaag heb ik deze time-outs nodig om te kunnen afschakelen. Tegenwoordig is dat niet meer door te slapen, maar door ontspanning te zoeken: meditaties, ademhalingsoefeningen, stilteruimtes, in ieder geval zo min mogelijk prikkels.
Ik kan in mijn beleving de definitie van HSP, hoog gevoeligheid wel verklaren. Kinderen, jeugdigen, pubers en adolescenten die vanaf het jaar 2000 zijn geboren zullen dit beamen. Ze kijken mij dan verwonderlijk aan als ik uitleg wat ze zoal innerlijk waarnemen met alle innerlijke sensaties. Bij zo’n gesprek komt er vaak een lading los met een grote opluchting. Het is dan overduidelijk dat zij zich op dat moment gezien en gehoord voelen.
Ik denk weleens dat ik een voorloper ben op de generatie van nu. Ouders zijn in die periode voor deze kinderen totaal niet op de hoogte gebracht door scholen en instanties. Anders gezegd, in die periode was er vele malen minder informatie als het gaat over kinderen van deze tijd, HSP, et cetera.
In die tijd werd alles weggeschreven als probleemgedrag. In mijn lagere schoolperiode werd je gestraft als je niet stil kon blijven zitten, of er werd zo’n ouderwetse krijtborstel naar je hoofd gegooid. En ja hoor, de ouderwetse draai om de oren was er ook er geregeld. En als je dan nog eens door 33 klasgenoten werd uitgelachen, kan ik je zeggen dat dat best vervelend was, om het zo maar te zeggen.
Wetenschap, psychiaters, gedragsdeskundige, psychologen, onderzoekers waren/zijn zo intensief bezig geweest met het vormen van etiketten en labels. Geen etiket, geen hulp. Punt.
Er moet wel iets zijn met het gedrag van uw kind anders kunnen wij u niet helpen. Uuh, oh, oké!
Het kan nog erger: het kind heeft geen etiket, dan ligt het aan de opvoeding.
Nu is er over de opvoeding veel te zeggen hoor, maar dat laat ik even links liggen. In ieder geval zal dit zeker wat bij je oproepen terwijl je dit leest. Ik wil hierbij wel even wat rechtzetten, namelijk dat ik hele goed ervaringen heb met collega-psychiaters, psychologen, gedragsdeskundige en met sociale wijkteams van de gemeente.
Maar waar het hapert is het tempo, zowel in de breedte als in de diepte. Er zijn de laatste decennia grote veranderingen wat betreft kennis over de ontwikkeling van nieuwe generatie jeugdigen. In mijn beleving zit er een grote kloof tussen de huidige generatie jeugdigen en hun ouders. Even vooraf om te voorkomen dat je me hoort oordelen: in de huidige situatie, zoals ik het zie, kunnen wij als mensen zeer moeilijk reflecteren. Het lijkt wel een wereld van projectie. Met reflectie bedoel ik dat er een cultuur is ontstaan van afschuiven, de makkelijkste weg kiezen, bij drie keer op de teentjes getrapt te zijn van relatie veranderen, vluchten naar nieuw werk, vluchten in middelengebruik.
Inmiddels is het alweer een heel verhaal, maar wil terug naar de essentie van wat ik met je wil delen.
Het gaat erom dat het kind zo lang mogelijk kind mag blijven, maar daar hebben we volwassen mensen voor nodig die dat kunnen bieden en goed kunnen reflecteren.
De maatschappij; met name jonge ouders, instanties en scholen zijn niet goed ingericht op deze nieuwe generatie kinderen en de verzorgende ouders, terwijl er zoveel goed informatie ter beschikking is, zoveel kennis aanwezig is. Maar die wordt niet goed benut. En dan zal ik het nu maar zwart-wit inkoppen! Het kost allemaal maar geld, en stel je voor dat de een meer weet dan de andere, nou, dat zou toch gezichtsverlies zijn.
Binnen de maatschappelijke en sociale hulpverlening in samenwerking met instanties, scholen en gemeente is er meer competitie dan coalitie. En een ander thema wat er speelt is het afschuiven van verantwoordelijkheid. Steeds weer die wijzende vinger, het niet kunnen omgaan met feedback. Ja sorry, ik ga nog even door. Dan nog eens urenlange vergaderingen, de ronde tafel overleggen de gehele bureaucratie, de ellenlange dossiers die niet meer te lezen en te begrijpen zijn, dossiervorming die totaal niet strookt met de mens zijn hulpvraag. Allemaal ontstaan uit angst, macht en onmacht. En als laatste wil ik nog één ding kwijt, anders stop je waarschijnlijk nog met lezen: de individuele hulpverlening en gezinsondersteunende bejegening vanaf de tekentafel.
Ik krijg in de praktijk hulpvragen van kinderen en ouders die een trauma hebben opgelopen door instanties en de manier waarop ze zijn bejegend in die jaren, toen zij voor hun hulpvraag aanklopten bij instanties. Ouders en kinderen durven al bijna geen hulp meer te vragen, gezien de hulpverlening in de reguliere zorg en in de jeugdzorg rot is. Ouders durven geen gezinsondersteunende vragen te stellen, bang om in de bureaucratische mallemolen terecht te komen. De angst voor de hulpverlening krijgt de overhand waardoor de hulpvraag op inhoud dreigt te verzwakken.
Naar mijn mening moeten in de toekomst, het liefst vandaag nog, de reguliere zorg en complementaire zorg gaan samenwerken. Punt. Als we die kennis eens gaan delen, kunnen we heel veel hulpvragen beantwoorden.
Geloof me, we hoeven echt niet zoveel te bezuinigen, we moeten gewoon effectiever samenwerken.
En ja hoor, daar hebben we het struikelpunt! Samenwerking, samenwerken. De definitie van samenwerking is ontkracht op de manier zoals het nu gaat. Waar het op neer komt is dat wij ons moeten gaan richten op onze verantwoordelijkheden. Het lijkt zo oordelend naar de hulpverlening, maar het is ook aan de ouders om eens goed in de spiegel te kijken naar waar hun verantwoordelijkheid ligt. De formule waar we naar toe moeten is verantwoordelijk + coalitie = groei.
Voor mij betekent dat verantwoordelijkheid nemen, het betekent dat ik de Endless-training ben gaan schrijven en wil uitdragen, en dat ik de Endless-training voor diverse doelgroepen wil inzetten.
Nu zet ik mijn ego wel even op de voorgrond omdat ik erin geloof dat dit een toegevoegde waarde heeft aan ieders persoonlijke ontwikkeling. Een andere formule die zeer waarschijnlijk effectiever gaat worden is reflecteren + verantwoordelijkheid = zelfliefde.
En ja, ik kan wel begrijpen dat jij nu denkt: hé Van Gassel, wie is hier nu aan het projecteren? Ok, die gedachte mag je hebben, maar ik zeg er wel bij dat ik in alle verantwoordelijkheid met mijn visie de uitdaging aan wil gaan met wie dan ook. En nogmaals, er gaan veel dingen goed, maar het moet anders.
Ik wilde iets delen, maar het blijkt inmiddels alweer een heel verhaal te zijn. Het gaat erom, lieve mensen, de essentie in dit verhaal is dat we juist moeten voorkomen, preventie, het voorkomen is beter dan genezen. En mijn vraag aan jou is, terwijl je dit leest, hoe is jouw balans in reflecteren en projecteren?